Duitse bedrijven die in 1944 aan zagen komen dat Duitsland de oorlog ging verliezen, probeerden zich te redden door naar andere landen te verhuizen. Waaronder Nederland, want hier schreef Fentener van Vlissingen veel van die ondernemingen op zijn naam. Ook Wall Street speelde een dubieuze rol.
Dat beschrijft historicus Gerard Aalders in een boek dat hij woensdag overhandigt aan Morris Tabaksblat.
Update
Doordat Fredrik Hendrik Fentener van Vlissingen (en niet zoals eerder gemeld zijn zoon Jan) Duitse ondernemingen op zijn naam schreef, konden de geallieerden de bedrijven niet confisqueren. Veel Duitse bedrijven hadden na de Eerste Wereldoorlog met succes een dergelijke strategie toegepast. Ze gingen onder andere namen verder in ondermeer Nederland, Zweden, Zwitserland en zelfs Rusland. Die bedrijven, dochters van machtige industriële kartels, verborgen hun Duitse afkomst door buitenlandse stromannen als Frederik Fentener van Vlissingen. ‘Cloaken’, heet dat gerommel met de eigendomsbewijzen.
Van Vlissingen pakte dat slimmer aan dan Meurs en Van der Hoeven van Ahold, hij werd nota bene later voorzitter van de zuiveringsraad, want hij was bevriend met het Koningshuis. Washington noemde Van Vlissingen een ‘aartscollaborateur’ die zelf gezuiverd zou moeten worden. ‘Het is maar een kwestie van toeval dat u aan die kant van de tafel zit en ik aan deze,’ beet topambtenaar H.M. Hirshfeld, die voor de raad moest verschijnen, Fentener van Vlissingen toe.
(Zoon Jan Fentener van Vlissingen zat tijdens de oorlog in de illegaliteit, en komt ook voor in de memoires van de Zwarte Weduwe
Rost van Toningen, die haar 334 pagina’s tellende autobiografie online
heeft gegooid. Die noemt Jan haar neef, en Jan heeft zoon Grimbert
enige tijd in huis genomen (zie pagina’s 43, 216, 274 e.v., compleet met details over het Koningshuis).
Frederik Fentener Van Vlissingen zat tot over zijn oren in zaken met IG Farben, Henkell en Krupp, vertelt Aalders in dit interview op radio 1 (op ca. 43 minuten). Van Vlissingen was niet de enige. Door een gebrek aan kennis bij de geallieerde bestuurders van Duitsland in 1945, besloten die het onderzoek naar de Duitse kartels die probeerden in het buitenland verder te gaan, uit te besteden aan de grote banken en financiële instelling op Wall Street. Dat onderzoek liep op weinig uit. Veel Amerikaanse banken, bedrijven en zakenlieden hadden voor of tijdens de oorlog zaken gedaan met Duitse bedrijven, of hadden voor de oorlog afspraken gemaakt die ze na de oorlog wilden voortzetten. Op uitzonderingen na had Wall Street in het algemeen geen enkel belang het ontmaskeren van Duitste bedrijven.
Daalder rijkt het boek uit aan Morris Tabaksblat, bekend van de code voor goed bestuur van beursgenoteerde bedrijfen. Als in die tijd meer fatsoen en toezicht was geweest onder ondernemers, was het zover niet gekomen en hadden Duitse bedrijven die meewerkten aan de oorlogsindustire hun straf niet ontlopen. ‘Met Tabaksblat was het vast niet gebeurd,’ aldus Aalders.
Zie ook: Morris Tabaksblat is ziek
Meer Tweede Wereldoorlog:
Unilever behield aandeelhouderswaarde in WO2
Meer Fentener van Vlissingen:
Paul Fentener van Vlissingen overleden
Vrouwen aan de top van de Quote 500
Lees ook:Morris Tabaksblat is ziek
Lees ook:Cloaken bij Media Markt na WO2?
Lees ook:Grote politieke invloed van Fentener van Vlissingen
Lees ook:Solliciteren op Wall Street moet niet zo (video)
Lees ook:Paul Fentener van Vlissingen overleden
Makro is verkocht toch? Aan het Duitse Metro
Makro, Metro, wat maakt het uit, allemaal in de hens!
Hahahaha, die rost van Tonningen: ‘Mijn kinderen en mijn kleinkinderen wens ik “HEIL”!’ Ze heeft wel humor.
Moeten wij ons nu, 63 jaar later, er zo druk om maken?
nog even en we kunnen elke dag bij een ramp gaan stilstaan
pfff